dinsdag 23 mei 2017

Industriëel Wonen en het Kleine Geluk

Het lijkt mij de snelst ontwikkelende woonstijl te zijn. In Nederland kun je er de laatste vijf jaar echt niet meer omheen. Industriëel wonen – we stappen massaal over of we integreren industriële accessoires in onze bestaande woonstijl. Voor die paar mensen bij wie geen belletje rinkelt als we het over industriëel wonen hebben volgt hier een omschrijving.

Industriëel wonen?


Grote, open ruimten die ooit dienst deden als fabrieken, school of (overheids)instituten en functionele producten die daar ooit werden gebruikt. Ruwe materialen als baksteen, beton, staal, ijzer, emaille of metaal en grof hout en jute. Bouwconstructies zijn bij voorkeur goed zichtbaar, de trap is een kunstobject. Het nagenoeg ontbreken van kleuren; naast zwart, wit en alle tinten grijs zie je wat legergroen en cognac. Hier en daar aangevuld met vuile tinten oude verf. Originele elementen bepalen de authentieke sfeer. De meubelen beperken zich tot het hoognodige en zijn vooral groot van formaat en functioneel. Kasten, een bank, eettafel met stoelen zijn stuk voor stuk eyecatchers. Tot op een bepaalde hoogte kunnen nieuwe replica’s als meubel, kunst of decoratie dienen.




Het schuren van stijlen

Wie net als ik in een doorsnee huis woont zal zijn droom van een industrieel ingerichte loft moeten laten varen. Toch is het ook dan goed mogelijk een industriële sfeer neer te zetten. Zelf houd ik het meest van industriëel als de stijl wordt gecombineerd met een andere, contrasterende, woonstijl. Hoe meer die twee stijlen tegen elkaar aanschuren, hoe mooier ik het vindt. De harde, mannelijke kenmerken van het industriële gaan bijvoorbeeld heel goed samen met de eclectische woonstijl. Ook het kleurrijke gypsywonen komt goed tot zijn recht in een industriële setting. Nog meer contrast krijg je als je het mannelijke van industriëel aanvult met witte of neutrale, Scandinavische, elementen of met vrouwelijke pastels en ronde vormen uit de brocanteriestijl. Wat denk je? Zou jij je eigen stijltje willen overgieten met een industriëel sausje? Durf je het zelf niet aan en kun je wel wat tips gebruiken? Laat het mij even weten. Misschien is het een idee voor een volgende blog.


Stelling nemen

Bij ons thuis is de basisstijl Landelijke Brocante. Soms experimenteer ik een beetje met andere woonstijlen. De ideale manier om dit te doen is om mijn open stellingkast opnieuw in te richten. Oorspronkelijk kochten we deze Ikea kast als bureau met opruimpotentie voor onze dochter die toen een jaar of vier was. Door de jaren heen zwierf hij door het hele huis en kreeg hij een nieuwe inhoud en daarmee een nieuwe uitstraling. Nu staat hij, gevuld met accessoires met een industriële inslag, in de woonkamer. Elke keer als mijn blik er – figuurlijk gesproken - op valt, tover ik een glimlach op mijn gezicht. Wat mij betreft is dit experiment dus wel geslaagd. Ik ben benieuwd hoe zich dit verder gaat ontwikkelen. Ik laat mijzelf graag verrassen door wat er op mijn pad komt.



  
Terug naar school

Soms vallen de woonschatten je namelijk zo maar in de schoot. Zo had ik laatst het geluk een nieuw adresje te vinden voor authentieke, industriële producten. Een goede vriend van mij woont sinds een paar jaar antikraak. Net als een aantal creatieve zelfstandigen huurt hij een klaslokaal in een oude school in Rotterdam. De sfeer op school is uitstekend en mijn vriend heeft het er dan ook prima naar zijn zin. Een poosje antikraak wonen of werken is volgens mij zo gek nog niet.



Een van de bewoners verwelkomde mij onlangs met open armen in zijn bedrijf. Jeroen startte drie jaar geleden met De Kleine Industrials. Hij handelt in oude, industriële materialen en producten en verkoopt snuisterijen en curiosa. In zijn toonzaal annex winkel annex opslagruimte raakte ik niet uitgekeken. Geld maakt niet gelukkig maar van bijzondere, betaalbare spullen met een verleden word ik echt heel blij. Meestal houd ik me wel in en besluit ik niets voor mijzelf aan te schaffen want mijn huis is vol. Maar ik kan in zo’n omgeving niet rondlopen zonder de mooiste vondsten even aan te raken of op te pakken. Geluk zit blijkbaar toch in De Kleine dingen. 




Op dat moment zat het in die bijzondere dingen die ik zag. In de honderden industriële lampen uit Polen, in het doorleefde meubilair, de oude tuinhekken en het bijzondere servies en het speelgoed. Als oud-inwoner van Polen weet Jeroen als geen ander de weg in het industriële Oosten van Europa. Hij rijdt iedere maand op en neer voor ‘nieuwe’ oude industriële spullen dus in principe zou ik elke maand een geluksmomentje kunnen inplannen. Misschien is dat wat overdreven maar ik ga De Kleine zeker in de gaten houden. Wie weet hoeveel mooie vondsten ik daar nog ga doen.


Je kunt De Kleine Industrials vinden op de Teldersweg 80 in Schiebroek, Rotterdam.
Contact: dekleineindustrials.com, info@dekleineindustrials, telefoon 06 45 877 377, facebook